Takken- of Boomkruis

Pronkstukken van de kerkinventaris

Maker:onbekend
Datering:omstreeks 1400 (?)
Materiaal:perenhout (?), eikenhout en iepenhout
Afmetingen:hoogte 60cm
Restauratoren:(voor zover bekend): Charles Volders (1980)

Van alle houtsnijwerk in de Sint-Lambertuskerk is het zogeheten Takken- of Boomkruis het oudste. Het symboliseert de zogeheten levensboom of boom des levens. De Bijbel refereert op verschillende plaatsen aan deze boom in het paradijs die altijd vrucht draagt en staat voor het eeuwig leven. In de middeleeuwen genoten legenden over de levensboom grote populariteit. Er deden verschillende varianten de ronde. De gemene deler is dat het hout van het kruis van Jezus afkomstig was van een door Adam meegenomen tak of stek van de levensboom uit het verloren paradijs. Zo zou Adams overtreding de verlossing door Christus mogelijk hebben gemaakt.

Als verwijzing naar deze legenden werd het kruis in de middeleeuwen vaak weergegeven als levende boom, met takken en bladeren, maar ook wel met bloemen en vruchten. Vooral in Duitsland vonden deze Astkreuze verspreiding. In Nederland zijn ze daarentegen zeer zeldzaam. Dit maakt het Takkenkruis tot een van de bijzonderste bezittingen van de Sint-Lambertuskerk.

De geschiedenis van het beeld is grotendeels in nevelen gehuld. Elke aanwijzing voor de naam van de maker ontbreekt. Ook is onduidelijk hoe en wanneer het in de Sint-Lambertuskerk is beland. Evenmin is iets bekend over een speciale verering. Mogelijk heeft het in de middeleeuwse kerk een plaats gehad op het Heilig Kruisaltaar, waarvan de eerste vermelding uit 1452 dateert. Suggesties als zou het een pestkruis of een kopie van een wonderkruis betreffen, kunnen niet met feiten worden gestaafd.

Onderzoek wees uit dat de linkerarm is gemaakt van iepenhout. Hij is van aanzienlijk jonger datum dan de eikenhouten rechterarm. Het corpus zelf is uit zachter hout gesneden, waarschijnlijk perenhout. Een holte in het achterhoofd van Christus duidt op het aanhechtingspunt van een aureool, maar kan ook bedoeld zijn geweest voor het opbergen van relieken.

Bijzonder is verder dat het beeld is gepolychromeerd met een techniek waarbij de verf is aangebracht op een om het hout van het beeld aangebrachte linnen doek. Hiervan bestaan in Nederland slechts enkele andere voorbeelden.

Het in slechte staat verkerende Takkenkruis was in 1980 het eerste in de reeks van laatmiddeleeuwse Horster beelden die een restauratie ondergingen. Nadat restaurator Charles Volders had geconstateerd dat het oorspronkelijke bladgoud van de lendendoek en de oudste polychromielaag op de rest van het corpus en het kruis intact waren gebleven, besloot hij de latere polychromielagen te verwijderen. Dit bleek vanwege de vele dikke lagen verf een lastig karwei dat slechts millimeter voor millimeter vorderde. Bovendien was een harde menielaag bijna niet te verwijderen zonder de oorspronkelijke polychromie te beschadigen. Een complicerende factor was verder dat het hout ernstig was aangetast door de houtworm.